button-muziek

button-link

Hoe God verdween uit .....

Het is vakantietijd Pinksteren en Hemelvaart liggen al enige tijd achter ons. De mogelijkheid voor een wat algemenere beschouwing.  

Vanaf ongeveer het jaar 1000 ontstaat in een lange ontwikkelingsgang  een nieuw type mens in de Zuidelijke Nederlanden. Sociale, economische, politieke en culturele ontwikkelingen liggen hieraan ten grondslag. Er ontstaat een barstje in “Gods plan”. Tot dan toe ligt de ordening van de samenleving vast in drie standen. De clerus, die zorgt voor de verbinding van alle mensen met God; de adel die de clerus en de gewone mensen beschermt tegen onheil en de boeren die zorgen voor de materiële verzorging van de eerder genoemde standen. Maar door technische ontwikkelingen (stijgbeugel, drieslagstelsel e.d.) stijgt de bevolkingsdruk op het platte land en concentreren mensen zich in steden. Als je niet je eigen eten kunt telen ben je op handarbeid en handel aangewezen. De steden gaan een machtsfactor vormen en in deals met de adel verkrijgen ze diverse privileges. Handelaren verliezen hun angst voor het onbekende (de duivel) en gaan zelf zonder de clerus de verdere schepping van God onderzoeken. De ontwikkeling van het weefgetouw en molens doen de productiviteit sterk stijgen. De productie van wollen stoffen wordt pre-industrieel opgezet. Er ontstaat arbeidsdifferentiatie: weven, wassen, vollen en droogscheren zijn de fasen in het productieproces. Ook kunst wordt fabrieksmatig geproduceerd voor een vrije markt. Geen schilderingen op houten panelen op bestelling, maar op doek voor iedereen. Beelden in serie, allemaal hetzelfde. Door de hoge verdiensten ontstaat er een stadsadel die concurreert met de eerste twee standen. Handel heeft behoefte aan geld; een bancair systeem ontstaat. Het geloof staat echter lijnrecht tegenover de principes van dit vroege kapitalisme. Geld verdienen zonder arbeidsinspanning is niet bijbels. Kapitalisme wordt echter respectabel. De hoofdzonden worden in de burgermoraal ondeugden, omdat er aan voldoen geld kost. Zonden en angst worden vervangen door zakenmoraal. Met name in de vijftiende eeuw rollen pausen vechtend over straat. De clerus is niet normgevend meer. Mensen pakken hun eigen ontwikkeling op: de Moderne Devotie. Ook de paus wordt ondernemend. Bedevaartplaatsen en aflaten worden bronnen van inkomsten. De angst voor de hel wordt geëxploiteerd via tarieven op strafvermindering. Dit gaat echter te ver. Maarten Luther treedt naar voren. Er komen echter strenge straffen op geloofsafval. De wereldlijke overheid moet optreden. Steden weigeren dit. Moeten ze Lutherse Duitse handelaren of Engelsen vervolgen? Dat betekent het vertrek van al die groepen. Het oude compromis: vorst en stad erkennen elkaar valt weg. Met het Plakkaat van Verlatinge uit 1581 wordt afstand genomen van een vorst bij de gratie Gods. De elites uit het zuiden trekken naar de Republiek en creëren daar zo de Gouden Eeuw. Het zoeken van God in heel zijn schepping leidt tot de moderne wetenschap. De wereld staat niet meer in het teken van God, maar van de mens.                                                                                     

ontleend aan: Voor God en Geld, gouden tijd van de Zuidelijke Nederlanden. De tentoonstelling in Gent kan ik zeer aanbevelen.                                   

Peter van de Ven